jan 6, 2022 | Subsidies
De staatssecretaris van I en W heeft de Subsidieregeling elektrische personenauto’s particulieren (SEPP) aangepast. Op grond van de SEPP kan subsidie worden verkregen voor de aanschaf of lease van een nieuwe of een gebruikte elektrische personenauto, zolang het subsidieplafond niet is bereikt. De subsidiebedragen voor nieuwe auto’s zijn verlaagd. Dat hangt samen met de toename van het aanbod en de snellere prijsdaling dan waarmee rekening was gehouden. Om meer particulieren de kans te geven over te stappen naar een elektrische personenauto is het budget voor de SEPP voor de komende jaren verhoogd.
De subsidiebedragen voor nieuwe elektrische auto’s zijn als volgt:
Jaar
|
Nieuw bedrag
|
Oud bedrag
|
2022
|
€ 3.350
|
€ 3.700
|
2023
|
€ 2.950
|
€ 3.350
|
2024
|
€ 2.550
|
€ 2.950
|
De voorwaarde, dat de aanvraag van de subsidie binnen 60 dagen na de datum van ondertekening van de lease- of koopovereenkomst moet worden ingediend, is vervallen. Vanwege de jaarlijkse subsidieplafonds en de afhandeling op volgorde van binnenkomst is er voldoende prikkel om de subsidieaanvraag snel in te dienen.
Bron: Overig | besluit | nr. IENW/BSK-2021/293888, Staatscourant 2021, Nr. 47430 | 16-12-2021
okt 7, 2021 | Subsidies
Het kabinet heeft besloten extra geld vrij te maken voor de (fiscale) stimulering van elektrische personenauto’s. De focus van de stimulering verschuift van de zakelijke naar de particuliere markt.
Voor de zakelijke markt geldt dat de verlaagde bijtelling niet extra wordt verhoogd. Wel wordt het plafond in de verlaagde bijtelling eerder verlaagd dan in het Klimaatakkoord was voorzien. Om de overstap van particulieren naar een elektrische personenauto te stimuleren wordt het beschikbare budget naar voren gehaald. De komende drie jaar komt er € 90 miljoen voor particulieren bij. € 80 miljoen is bestemd voor de subsidiëring van nieuwe en € 10 miljoen voor de subsidiëring van gebruikte elektrische personenauto’s. De subsidiebedragen voor nieuwe auto’s dalen wel sneller dan eerder aangegeven. De stimulering van nieuwe elektrische auto’s stopt per 1 januari 2025 in plaats van per 1 januari 2026.
|
2022
|
2023
|
2024
|
2025
|
Oude bedragen
|
€ 3.700
|
€ 3.350
|
€ 2.950
|
€ 2.550
|
Nieuwe bedragen
|
€ 3.350
|
€ 2.950
|
€ 2.550
|
–
|
Het subsidiebudget voor emissieloze bedrijfsauto’s wordt met in totaal € 28 miljoen verhoogd om mkb’ers, die de komende jaren een keuze maken voor een nieuwe bedrijfsauto in die richting te stimuleren.
Bron: Overig | publicatie | IENW/BSK-2021/253528 | 21-09-2021
sep 2, 2021 | Subsidies
De staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat heeft in een brief aan de Tweede Kamer meegedeeld dat ook de subsidiepot voor de aanschaf van een tweedehands elektrische auto voor het jaar 2021 leeg is. Het budget voor 2021 bedroeg € 13,5 miljoen. Uitgaande van een subsidiebedrag van € 2.000 per auto betekent dit dat voor 6.750 auto’s de aanvragen zijn toegekend. De subsidiepot voor de aanschaf van een nieuwe elektrische auto voor 2021 was al eerder in het jaar leeg.
De subsidieregeling loopt door tot 1 juli 2025. Particulieren, die een (gebruikte) elektrische personenauto willen kopen of leasen, moeten wachten tot begin 2022 als zij in aanmerking willen komen voor de subsidie. Dan is het nieuwe subsidiebudget van € 18,3 miljoen beschikbaar. Dat budget geldt niet voor transacties die nog in 2021 gedaan worden.
Bron: Overig | publicatie | IENW/BSK-2021/225992 | 29-08-2021
aug 12, 2021 | Subsidies
Voor ondernemers in het mkb, die niet onder de energiebesparingsplicht vallen, komt er een subsidieregeling voor professionele energieadviezen. De subsidie is beschikbaar voor bedrijven met een verbruik van minder dan 50.000 kWh elektriciteit en 25.000 m3 aardgas per jaar. Voor deze groep bedrijven geldt niet de wettelijke verplichting om energiebesparingsmaatregelen te nemen. De subsidie voor een energieadvies bedraagt 80% van de kosten, met een maximum van € 2.500 per bedrijfspand. De strekking van het energieadvies is om per bedrijf te bepalen wat de beste manier is om energie te besparen en de CO2-uitstoot te beperken van het bedrijfspand en van de bedrijfsvoering. Ook kan subsidie worden aangevraagd voor ondersteuning bij het uitvoeren van de maatregelen.
De regeling is opengesteld van 1 oktober 2021 tot en met 30 september 2022. De Rijksdienst voor Ondernemend Nederland voert de regeling uit.
Bron: Ministerie van Economische Zaken en Klimaat | publicatie | 01-08-2021
jun 10, 2021 | Subsidies
Eurostars is een subsidieprogramma ter ondersteuning van internationale R&D-samenwerkingsprojecten door het mkb uit alle sectoren. De staatssecretaris van EZK heeft bekendgemaakt dat de subsidiemodule is opengesteld van 1 juni tot en met 15 juni 2021 voor Eurostarsprojecten in de tweede helft van het jaar 2021. Het subsidieplafond bedraagt € 13 miljoen.
Bron: Ministerie van Economische Zaken en Klimaat | besluit | nr. WJZ/ 21134720 Staatscourant 2021, 26886 | 30-05-2021
apr 29, 2021 | Subsidies
Op grond van de Wet tegemoetkomingen loondomein kan een doelgroepverklaring loonkostenvoordeel worden aangevraagd bij de indienstneming of herplaatsing van een uitkeringsgerechtigde werknemer. De aanvraag voor een doelgroepverklaring moet door de werknemer binnen drie maanden na zijn indiensttreding of herplaatsing worden gedaan. De werkgever heeft de doelgroepverklaring nodig om in aanmerking te komen voor het loonkostenvoordeel.
Uit een uitspraak van de rechtbank blijkt dat bij inbreng van een eenmanszaak in een bv een aan het loonheffingennummer van de eenmanszaak gekoppelde doelgroepverklaring verloren gaat. De bv had een ander loonheffingennummer dan de ingebrachte onderneming. De aanvraag voor een nieuwe doelgroepverklaring is door het UWV terecht afgewezen. Bij de inbreng van de eenmanszaak is sprake van een overgang van onderneming. De bv zet als de overnemende werkgever de arbeidsovereenkomst voort. Er is geen sprake van een indiensttreding of een herplaatsing. De wet voorziet niet in de mogelijkheid dat de overnemende werkgever in aanmerking komt voor de resterende duur van het loonkostenvoordeel van de overdragende werkgever.
Bron: Rechtbank | jurisprudentie | ECLINLRBGEL20211355, 20/3987 | 22-03-2021