Fiscale maatregelen in hoofdlijnenakkoord

Fiscale maatregelen in hoofdlijnenakkoord

De formerende partijen hebben een akkoord op hoofdlijnen gesloten, dat als basis dient voor de kabinetsformatie. Dit hoofdlijnenakkoord bevat een aantal fiscale maatregelen en een aantal nog uit te werken voornemens voor fiscale maatregelen. Enkele recente lastenverzwaringen voor ondernemers worden deels teruggedraaid, zoals de afschaffing van de inkoopfaciliteit in de dividendbelasting en de verhoging van de energiebelasting. Ook voor particulieren zijn er lastenverlichtingen op arbeid en vermogen. Voor de goede orde zij vermeld dat het gaat om voornemens; er zijn nog geen wetsvoorstellen, laat staan dat deze zijn aangenomen door de Tweede en de Eerste Kamer. Het betreft de volgende maatregelen:

  • De afschaffing van de inkoopfaciliteit in de dividendbelasting wordt ongedaan gemaakt.
  • De drempel in de renteaftrekbeperking in de vennootschapsbelasting (earningsstrippingmaatregel) gaat van 20% naar 25% van de gecorrigeerde winst.
  • De mkb-winstvrijstelling gaat van 13,31% in 2024 naar 12,7% in 2025.
  • De AWF-premie wordt per 2026 met 0,1% verhoogd.
  • De accijnsverlaging voor brandstoffen wordt verlengd tot en met 2025.
  • Er komt een circulaire plastic heffing in 2028.
  • De salderingsregeling voor kleinverbruikers vervalt met ingang van 2027 in één keer.
  • De vliegbelasting wordt gedifferentieerd naar afstand.
  • Het box 2-tarief gaat van 33% in 2024 naar 31% in 2025.
  • Het box 3-tarief gaat omlaag, maar het percentage is nog niet bekend.
  • De giftenaftrek in de inkomstenbelasting en de vennootschapsbelasting wordt beperkt.
  • Bezien wordt of en zo ja, welke fiscale voordelen onder de extraterritoriale kostenregeling (waar de expatregeling onder valt) worden versoberd (niet gebudgetteerd).
  • De hypotheekrenteaftrek en het eigenwoningforfait blijven onveranderd.
  • De subsidie voor de aanschaf van een elektrische auto stopt per 2025. De gewichtscorrectie voor een elektrische auto in de mrb blijft bestaan.
  • De verhoging van het wettelijke minimumloon per 1 juli 2024 wordt teruggedraaid.
  • De huurtoeslag wordt vanaf 2025 structureel verhoogd.
  • Ook het kindgebonden budget gaat structureel omhoog.
  • De kansspelbelasting gaat omhoog van 30,5% naar 37,8%.
  • Het lagere accijnstarief op diesel voor de landbouw wordt heringevoerd.
  • Het verlaagde btw-tarief voor culturele goederen en diensten vervalt in 2026, behalve voor bioscopen en dagrecreatie.
  • Het verlaagde btw-tarief voor logies vervalt eveneens in 2026, behalve voor kampeerterreinen.
Bron: Overig | publicatie | 15-05-2024
Kamervragen fiscale gevolgen EU-richtlijn DAC 7

Kamervragen fiscale gevolgen EU-richtlijn DAC 7

Op grond van de Europese richtlijn DAC 7 moeten online platforms de persoonsgegevens van verkopers verzamelen en rapporteren wanneer zij in een kalenderjaar 30 of meer transacties verrichten of meer dan € 2.000 verdienen met transacties. Over de gevolgen van deze richtlijn voor de verkopers zijn Kamervragen gesteld. De staatssecretaris wijst erop dat de richtlijn geen nieuwe fiscale verplichtingen voor verkopers in het leven roept. De richtlijn heeft dus niet tot gevolg dat een verkoper meer belasting moet betalen.

Omdat platforms vaak in meerdere landen actief zijn en hun rapportages in een andere lidstaat van de EU kunnen indienen, is nog niet bekend van hoeveel Nederlandse verkopers gegevens zijn aangeleverd.

Als de activiteiten op een platform hobbymatig of in de privésfeer plaatsvinden en er geen voordelen te verwachten zijn, is geen sprake van een bron van inkomen. Inkomstenbelasting is dan niet verschuldigd. Bij regelmatige activiteiten komt ondernemerschap voor de btw in beeld. Afhankelijk van de behaalde omzet kan de kleineondernemersregeling (KOR) worden toegepast waardoor geen btw hoeft te worden afgedragen. Voor de btw geldt een registratiedrempel van € 1.800 per kalenderjaar. Als de omzet onder deze drempel blijft, kan de ondernemer zonder aanmelding gebruik maken van de KOR en buiten verdere btw-verplichtingen blijven.

Met de uitvoering van de richtlijn is bij de Belastingdienst een inzet gemoeid van 55 fte incidenteel en 92 fte structureel.

Bron: Ministerie van Financiën | publicatie | 2024Z010492 / 2024Z010493 | 11-02-2024
Wettelijke rente per 1 januari 2024

Wettelijke rente per 1 januari 2024

De wettelijke rente is per 1 januari 2024 verhoogd van 6% naar 7%. De vorige wijziging van de wettelijke rente vond plaats per 1 juli 2023. De wettelijke rente wordt berekend door de basisherfinancieringsrente van de Europese Centrale Bank (ECB) te verhogen met een opslag van 2,25%. De basisherfinancieringsrente van de ECB bedraagt 4,5%. De berekende rente wordt afgerond op hele procenten, waarbij halve procenten of meer naar boven worden afgerond. De basisherfinancieringsrente is de rente waartegen banken voor de duur van één week geld kunnen lenen van de ECB. Aanpassing van de wettelijke rente geschiedt, indien nodig, halfjaarlijks per 1 januari en per 1 juli.

Bron: Overig | besluit | Staatsblad 2023, 484 | 21-12-2023
NHG-grens 2024 vastgesteld

NHG-grens 2024 vastgesteld

De Nationale Hypotheek Garantie (NHG) is een vangnet voor mensen, die door bijzondere omstandigheden hun hypotheeklasten niet meer kunnen betalen. Een bijkomend voordeel van de NHG is dat vaak een lagere rente van toepassing is dan zonder de garantie. De NHG geldt niet onbeperkt, maar tot een jaarlijks vastgestelde woningwaarde. De NHG-grens is voor 2024 vastgesteld op € 435.000. In 2023 bedraagt de NHG-grens € 405.000. De NHG-grens ligt hoger wanneer aanvullende energiebesparende voorzieningen worden meegefinancierd. In dat geval is de NHG-grens € 461.100. Voor de NHG moet eenmalig een provisie van 0,6% over het bedrag van de lening worden betaald.

De NHG-grens gold tot 2023 als maatstaf voor het aanmerken van een koopwoning als betaalbaar. Door de sterke stijging van de NHG-grens zijn de NHG-grens en de betaalbaarheidsgrens inmiddels losgekoppeld. De betaalbaarheidsgrens bedraagt € 355.000 in 2023. Na indexatie bedraagt de betaalbaarheidsgrens in 2024 € 390.000.

Bron: Overig | publicatie | 24-10-2023
Rapport Aanpak fiscale regelingen

Rapport Aanpak fiscale regelingen

De staatssecretaris van Financiën heeft het rapport Aanpak Fiscale Regelingen aan de Tweede Kamer aangeboden. Het rapport geeft inzicht in het effect van fiscale regelingen op de complexiteit van het belastingstelsel. In totaal zijn 116 fiscale regelingen beoordeeld aan de hand van de criteria doeltreffendheid en doelmatigheid, reden tot overheidsingrijpen en complexiteit. Het budgettaire beslag van deze regelingen bedraagt circa 40% van de totale belasting- en premieopbrengsten. De regelingen leiden tot hogere belastingtarieven, meer complexiteit en hogere uitvoerings- en handhavingskosten. Daarnaast maken de regelingen het belastingstelsel vatbaar voor oneigenlijk gebruik. Een fiscale regeling is volgens het rapport alleen te rechtvaardigen als deze doeltreffend en doelmatig is en het maatschappelijk belang dient.

Op Prinsjesdag komt het kabinet met een reactie op dit rapport en met voorstellen voor een beter en eenvoudiger belastingstelsel. Het kabinet komt met een aantal beleidsopties, die deel kunnen uitmaken van het Belastingplan 2025.

Bron: Ministerie van Financiën | publicatie | 2023-0000162264 | 06-07-2023
Digitale euro

Digitale euro

Het wetsvoorstel voor invoering van de digitale euro is door de Europese Commissie op 28 juni ingediend. 

De digitale euro is giraal geld welk uitgegeven wordt door de Europese Centrale Bank (ECB). Tegoeden houdt men aan door een rekening te openen bij een handelsbank. De digitale euro is te vergelijken met contant geld en is bedoeld om de beschikbaarheid van geld en transacties eenvoudiger te maken. Het is een wettig betaalmiddel. Contant geld wordt niet vervangen. 

In het huidige voorstel wordt de digitale euro niet programmeerbaar. Dat wil zeggen dat er geen invloed uitgeoefend kan worden op de besteding van het geld en de transacties ook niet kunnen worden herleid naar de uiteindelijke gebruiker van de digitale euro. Veel sceptici denken dat de invoering nu een opmaat is naar uiteindelijk wel een programmeerbare digitale euro met daaraan gekoppeld meer controle door de ECB. Dit zou kunnen gebeuren door koppeling van de digitale euro aan het digitale identiteitsbewijs. 

Nederland heeft in de wereld een uiterst efficiënt betalingssysteem. Of een digitale euro veel toevoegt aan dit betalingssysteem is nog onduidelijk.  

Bron: Ministerie van Financiën | wetsvoorstel | 04-07-2023